Hij fluisterde in mijn oor: 'Je doet het goed jongen'

Ik lag op de bank toen ik ziek was. Ik lag op mijn rechterzij met mijn wang tegen het harde kussen. Ik was aan het bidden. Ik dacht terug aan de dag ervoor en dat mijn moeder 9 en een half uur heb zitten/liggen bellen. Vanochtend voelde ik me beter, en heb meer met mama gepraat dan gisteren qua tijd verhouding.

Gisteren was het meer bij elkaar zijn en ik dommelde, snotterde en hoest terwijl mijn moeder mij haar liefde schonk. Vandaag was ik dus minder heftig ziek en wou ze haak filmpjes kijken.

Terwijl ik zo lag bedankte ik God voor de mooie momenten van gisteren en vond ik het niet erg dat zij haar ding deed. Op eens kreeg ik het gevoel alsof ik bij mijn vader op schoot zat en aan het knuffelen was. Hij fluisterde in mijn oor: "Je doet het goed jongen"